De Consanguïniteit oftewel de bloedverwantschap heeft betrekking op de gemeenschappelijke voorouder.
Er worden twee rekenmethodes gebruikt.
De Canonieke methode en de Romeinse methode.
De Canonieke methode berekent het aantal geboortes van een bepaald persoon naar de gemeenschappelijke voorouder.
De Romeinse methode berekent het aantal geboortes van een bepaald persoon via de gemeenschappelijk voorouder, terug naar de andere persoon, waarmee de bloedverwantschap wordt gezocht.
Bijvoorbeeld:
Verwantschap tussen:
mijn nichtje Ingrid Vermeij en haar achterneefje en mijn kleinzoon Quinn Kuipers
Eerste graad: (van Ingrid naar haar moeder)
Cornelia Adriana Susanna Maria van der Wegen, 71, geb. 1946 (x1968, 2k)
Tweede graad: (van Ingrid’s moeder naar haar opa)
Petrus van der Wegen, 86, 1913-2000
Opa Piet is dus de gemeenschappelijk voorouder.
Derde graad: (van Ingrid’s opa naar haar tante
Geertruda Petronella Maria van der Wegen, 61, geb. 1956 (x1976, 3k)
Vierde graad: (van haar tante naar haar neef)
Robbie Kuipers, 37, geb. 1980 (x2008, 3k)
Vijfde graad: (van haar neef naar haar achterneef)
Quinn Kuipers, 6, geb. 2011
Bloedverwantschap volgens Romeinse methode:
Graad: 5 (2 + 3)
Consanguïniteit: 3,125% (totaal 6,2775%)
De verwantschapnotatie is gebaseerd op het Knot System
© Knot System 1987 – 2017: Knud Højrup, Denemarken